De kolgans is een middelgrote tot grote vogel die behoort tot de ganzenfamilie Anatidae. Hij staat ook bekend als de Spikkelbuik vanwege de opvallende strepen op zijn borst en buik. De soortnaam van de vogel is Anser albifrons.
De kolgans heeft een grijsbruin verenkleed met een wit voorhoofd en helder oranjegele poten. De vogel heeft een spanwijdte van ongeveer 137-165 cm en kan 1,5-3,3 kg wegen. Het mannetje en vrouwtje lijken op elkaar, maar het mannetje is meestal iets groter dan het vrouwtje.
De vogel staat bekend om zijn kenmerkende hoge, jengelende roep die van een afstand te horen is. Het is een trekvogel en broedt in de Arctische toendra's van Alaska, Canada en Siberië. In de winter trekt de kolgans naar zuidelijke gebieden in Noord-Amerika, Europa en Azië.
De vogel komt vaak voor in vochtige gebieden, zoals moerassen, meren, rivieren en kustlagunes. Hij voedt zich met verschillende plantaardige materialen, waaronder zaden, wortels, bladeren en stengels. Hij eet ook ongewervelde dieren, zoals slakken, wormen en insecten.
Een van de unieke eigenschappen van de kolgans is dat hij zich kan voortplanten met andere ganzensoorten, zoals de sneeuwgans en de Ross's gans. De resulterende hybride staat bekend als de "specklebelly goose" of "tegenovergestelde vogel", die een mix van kenmerken van beide oudervogels heeft.
De populatie van de grote kolgans is wijdverspreid en overvloedig, en om die reden is deze soort door de International Union for Conservation of Nature (IUCN) gecategoriseerd als een soort van "Minst Bezorgd". In sommige regio's wordt de vogel echter bedreigd door habitatverlies en de jacht.
Samenvattend is de kolgans een trekvogel die wordt bewonderd om zijn unieke verenkleed, roep en broedgewoonten. Ondanks de bedreigingen blijft de soort een symbool van veerkracht en aanpassingsvermogen.