De fazant is een populaire jachtvogel en een van de meest verspreide en bekende vogelsoorten ter wereld. Het is een middelgrote vogel met een lengte van 60-90 cm en een gewicht van 0,9-2,5 kg. Mannetjes zijn groter en feller gekleurd dan vrouwtjes, met iriserend groen, rood en bronskleurig verenkleed, een witte ring rond hun lange nek en een lange, puntige staart. Vrouwtjes zijn iets kleiner en hebben een gevlekt bruin verenkleed dat opgaat in hun habitat, waardoor ze moeilijker te herkennen zijn.
Oorspronkelijk komt de fazant uit Azië, maar hij is geïntroduceerd in vele delen van de wereld, waaronder Europa, Noord-Amerika en Nieuw-Zeeland, waar hij een genaturaliseerde soort is geworden. Ze kunnen zich goed aanpassen en gedijen in verschillende habitats, van grasland en landbouwgrond tot bossen en moerasgebieden. Ze zijn omnivoor en voeden zich met een grote verscheidenheid aan voedsel, waaronder zaden, insecten, slakken en wormen.
Tijdens het broedseizoen vertonen de mannelijke fazanten uitgebreide baltsgedrag, zoals paraderen, kraaien en klapperen met de vleugels. Ze waaieren ook hun staartveren uit als teken van dominantie. Vrouwtjes leggen tot 15 eieren in een ondiepe inkeping op de grond, die ze ongeveer 22-28 dagen uitbroeden. De kuikens zijn precociaal, wat betekent dat ze zich kort na het uitkomen zelf kunnen verplaatsen en voeden.
Helaas wordt de fazant soms bejaagd voor de sport, waardoor sommige populaties zijn afgenomen. Ze worden echter niet beschouwd als een bedreigde diersoort en hun populaties blijven in veel gebieden stabiel. Hun populariteit heeft er zelfs toe geleid dat ze in gevangenschap worden gefokt, en ze worden nu vaak aangetroffen op jachtboerderijen en gebruikt voor de jacht.
Over het algemeen is de Fazant een fascinerende en mooie vogel met een interessante geschiedenis en gedrag. Hoewel hun voortbestaan op dit moment niet in gevaar is, zijn behoudsinspanningen belangrijk om ervoor te zorgen dat deze prachtige vogels in hun verschillende habitats kunnen blijven gedijen.